De Studiecommissie joodse goederen die werd opgericht bij de Diensten van de Eerste Minister bij het KB van 6 juli 1997 en vervolgens bij de wet van 15 januari 1999, had als opdracht opzoekingswerk te verrichten om opheldering te brengen over het lot van de tijdens de Tweede Wereldoorlog geplunderde of gedwongen achtergelaten joodse bezittingen. Daartoe heeft de Studiecommissie de manier bestudeerd waarop de plunderingen onder de bezetting gebeurden, maar eveneens de maatregelen die na de oorlog werden genomen door de verschillende overheden en door de private sector, teneinde de geplunderde goederen te restitueren of de eigenaars ervan te vergoeden.
De bevolking die in aanmerking komt voor dit onderzoek, is diegene die in België getroffen werd door de anti-joodse maatregelen genomen door de Duitse bezetter. De Studiecommissie heeft daarom een gegevensbank aangelegd die informatie bevat over alle personen die daarvan het slachtoffer zijn geweest, ongeacht hun nationaliteit..
Op 12 juli 2001 heeft de Studiecommissie definitief verslag uitgebracht aan de Belgische regering.